Choreografe Anne Teresa De Keersmaeker keert met The Song terug naar de essentie van de dans. Voor deze voorstelling werkte ze nauw samen met beeldend kunstenaars Ann Veronica Janssens en Michel François. Op een gestript podium voert een groep van negen dansers en een danseres een virtuoze gevoelige dans op. The Song spreekt over een steeds sneller voortrazende wereld, waarin het individu zichzelf dreigt te verliezen. Hoewel de relatie tussen dans en muziek een centrale pijler was in het werk van De Keersmaeker, speelt The Song zich voor het grootste gedeelte in stilte af. Een onverwachte en gewaagde nieuwe stap. Niet sinds Once in 2002 heeft een productie van De Keersmaeker voor zoveel ophef gezorgd.
data
za 5 juni 2010 22:15
zo 6 juni 2010 22:15
informatie
-
Duur voorstelling niet bekend (zonder pauze)
De Vlaamse choreografe Anne Teresa De Keersmaeker keert met The Song terug naar de essentie van de dans. Samen met beeldend kunstenaars Ann Veronica Janssens en Michel François ontwierp zij een toneel dat volledig kaal is gestript. Muziek, toch altijd een centrale pijler in het werk van De Keersmaeker, ontbreekt. The Song speelt zich voor het grootste gedeelte in stilte af. Het is een bewuste keuze van de choreografe om in die extreme eenvoud ruimte te scheppen voor vragen als ‘wat is beweging’ en ‘hoe organiseer je beweging in tijd en ruimte’; en om nieuwe mogelijkheden te verkennen. “Zonder muziek moet je op zoek naar andere ankerpunten die de tijd organiseren.” En: “Stilte kan zwaar zijn, maar ze kan ook openheid creëren,” aldus De Keersmaeker in De Standaard.
Zo extreem sober als het toneel is, zo virtuoos is het ballet dat er wordt opgevoerd door de tien performers. Strakke, dynamische groepschoreografieën, waarin zij als een vlucht vogels over het toneel zwermen, worden afgewisseld met nostalgische duetten en speels huppelende solo’s waarin het lichaam zijn eigen gewichtloosheid opzoekt.
De Keersmaeker onderzoekt de dynamische wisselwerking tussen groep en individu. Wat is het basisprincipe dat al die vogels telkens weer in formatie brengt, om vervolgens die harmonie weer moeiteloos op te breken, in solo’s, trio’s en duetten? Hoe kan je een idee vormgeven, zonder het te verhinderen zijn eigen vlucht te nemen? Het zijn vragen die raken aan de basisprincipes van de choreografie, maar ook aan bredere maatschappelijke thema’s. Immers, hoe kunnen we voorkomen dat we steeds worden opgeslokt door een alsmaar voortrazende beweging waar we zelf geen grip meer op lijken te hebben? Wie zijn wij nog in deze alsmaar voortrazende wereld met zijn steeds sneller voortschrijdende technologische ontwikkelingen? Hoe vinden wij de ruimte en de tijd om tot bezinning te komen, en voor onszelf een nieuwe toekomst te creëren?
Ondanks het (bijna) ontbreken van muziek in The Song, is het toch een heel muzikale voorstelling. De dansers zingen songs van The White Album van The Beatles, dat zo een discreet onderliggende score voor de voorstelling vormt. Wellicht is het een referentie aan het experimentele karakter van deze beroemde langspeelplaat, waarmee The Beatles zichzelf in hun tijd opnieuw trachtten uit te vinden. En de geluiden die de dansers al dansend maken worden ter plekke op het toneel gekopieerd en versterkt door de geluidseffecten van foley-artist Céline Bernard, waardoor een spannend, ritmisch spel ontstaat tussen origineel en kopie.
Het lichtbeeld bestaat uit gewoon TL-werklicht en slechts één reuzenspot. Zij het dat boven de vloer een zilverkleurig, half transparant, glitterend zeil hangt, dat zorgt voor talloze lichtschakeringen. Naargelang de bron van het licht werpt het zeil nu eens een schaduw op het speelvlak en verandert het dan weer in een grillig deinend oppervlak van lichtvlekken. Soms ook beklemtoont de spot met felle lichtstrepen de horizontale of verticale dimensie.