Ga naar de hoofdcontent

Voor zijn enige opera schreef de gelovige katholiek Messiaen zelf het libretto, dat voor hem als geloofsbelijdenis even belangrijk was als zijn muziek. Saint François d’Assise is een groots ritueel over de zin van het leven, waarbij het eigenlijke drama zich in het orkest afspeelt. Kernscènes zijn de verschijning van de engel, de genezing van de leproos en de vogelpreek. De Nederlandse Opera (DNO) eert de grote Franse componist, die honderd jaar geleden werd geboren, met de Nederlandse scenische première van dit majestueuze werk. Ingo Metzmacher leidt solisten, koor en het Residentie Orkest; de regie is in handen van Pierre Audi, artistiek directeur van DNO en het Holland Festival. De Amerikaanse bariton Rodney Gilfry en de Zweedse sopraan Camilla Tilling maken hun dno-debuut als Saint François en de Engel.

Bij zijn enige opera werd de gelovige katholiek Messiaen natuurlijk beïnvloed door talrijke geestelijke werken uit de Franse muziek van het begin van de 20ste eeuw. Het door de componist zelf geschreven libretto was voor hem als persoonlijke geloofsbelijdenis even belangrijk als zijn muziek. Dat de heilige Franciscus de titelrol kreeg toebedeeld, is te verklaren uit diens verwantschap met Christus. Conflictsituaties zijn bewust vermeden, en het geheel ontvouwt zich als een groots ritueel over de zin en het doel van het leven. Het eigenlijke drama speelt zich af in het orkest. Het in alle opzichten kolossale werk krijgt het karakter van een welhaast filosofisch discours over tijd en ruimte, waarbij de verschijning van de engel, de genezing van de leproos en de vogelpreek als kernscènes uitsteken.

In de eerste akte zijn Saint François en Frère Léon onderweg. François legt uit dat de volmaakte vreugde gelegen is in het aanvaarden van lijden, daarbij denkend aan het lijden van Christus. Na een gebed zingt François de broederschap verzen uit zijn lofzangen op de schepping voor. Een leproos vindt genezing door een omhelzing van François, nadat een engel de heilige erop gewezen heeft dat God liefde is.

In akte II klopt de engel op de kloosterdeur en vraagt de monniken over de predestinatie en andere theologische kwesties. Élie weigert geïrriteerd hierop in te gaan; Bernard geeft een goed antwoord. Tot François spreekt de engel niet in woorden, maar in hemelse muziek, die de heilige doet bezwijmen. Als hij bijkomt, zegt hij dat zijn ziel zijn lichaam verlaten zou hebben als de engel nog langer had gespeeld. Voor Massée identificeert François allerlei soorten vogels, tot welke hij vervolgens preekt. Hij prijst en zegent hen, waarna een groot vogelconcert begint.

In de laatste akte bidt François dat hij alvorens te sterven de smarten van Jezus Christus mag voelen en de grote liefde waardoor deze heeft willen lijden voor de zondaars. Christus antwoordt bevestigend, bij monde van het koor. François ontvangt op wonderbaarlijke wijze de vijf stigmata van Jezus: wonden in zijn handen, zijn voeten en zijn rechterzijde. De heilige neemt afscheid van de schepping, de stad en de monniken. Hij hoort de nachtegaal zingen. De engel en de leproos zijn gekomen om hem bij te staan in zijn laatste ogenblikken. François sterft.

  • © Ruth Walz

  • © Ruth Walz

  • © Ruth Walz

Credits

muziek Olivier Messiaen libretto Olivier Messiaen muzikale leiding Ingo Metzmacher regie Pierre Audi decor Jean Kalman licht Jean Kalman kostuums Angelo Figus dramaturgie Klaus Bertisch orkest Residentie Orkest koor Koor van De Nederlandse Opera instudering Martin Wright cast Camilla Tilling (LÁnge), Rodney Gilfry (Saint François), Hubert Delamboye (Le Lépreux), Henk Neven (Frère Léon), Tom Randle (Frère Massée), Donald Kaasch (Frère Élie), Armand Arapian (Frère Bernard), Jan Willem Baljet (Frère Sylvestre), André Morsch (Frère Rufin) productie De Nederlandse Opera