Ga naar de hoofdcontent

Heel bewust bestempelde Tsjaikovski zijn werk als ‘lyrische scènes’. Met minder formele strengheid dan in het origineel smeedde hij een aantal episodes uit Poesjkins gelijknamige versroman aaneen, waardoor hij emotionele conflicten en maatschappelijke gevoeligheden in het toenmalige Rusland aan een kritische beschouwing kon onderwerpen. Behalve aan de titelfiguur is een centrale rol toebedeeld aan het meisje Tatjana, dat de bonvivant Onjegin onvoorwaardelijk haar liefde bekent, maar door hem wordt afgewezen. Jaren later zijn de verhoudingen omgekeerd: nu moet Onjegin zijn gevoelens voor Tatjana bekennen. Voor de intussen getrouwde vrouw is er echter geen weg terug en zij wijst hem af. Tsjaikovski’s homoseksualiteit spiegelt zich in de verhouding tussen Onjegin en de dichter Ljenski. Hun vriendschap gaat ten onder aan een jaloezie die Ljenski met de dood moet bekopen. Dit bijzondere werk onderscheidt zich door fijnzinnige poëzie en is van een grote menselijkheid, terwijl ook de voor de Russische opera zo kenmerkende koorscènes niet ontbreken.

I

In de tuin van het langoed Larin

Madame Larina zit buiten: haar twee dochters, Tatjana en jongere zus Olga, zijn te horen in het huis. Een groep boeren zingt een komisch lied over de serenade aan een molenaarsdochter. Tatjana leest een roman en gaat er volledig in op, maar haar moeder vertelt haar dat het echte leven heel anders is dan in zulke verhalen. Er komt bezoek: Olga's verloofde Lensky, een jonge dichter, en zijn vriend Jevgeni Onjegin, een Sint-Petersburgse 'salon automaton' (Nabokov). Lensky stelt aan Onegin de Larin familie voor. Onjegin is in eerste instantie verbaasd dat Lensky heeft de extraverte Olga verkiest boven haar romantische zuster. Tatjana is onmiddellijk zeer onder de indruk van Onjegin.

 

In Tatjana's kamer

Tatjana bekent haar verzorgster dat ze verliefd is. Wanneer ze alleen is, schrijft ze een brief aan Onjegin, gedreven door het besef dat ze fataal en onherroepelijk verliefd is. Wanneer de oude vrouw terugkeert, vraagt Tatjana om te zorgen dat de brief wordt bezorgd bij Onjegin.

 

Elders op het landgoed

Onjegin heeft afgesproken met Tatjana om haar zijn antwoord op de brief te geven. Hij legt uit, niet onvriendelijk, dat hij geen makkelijke man is, en ongeschikt voor het huwelijk. Tatjana is ontzet en niet in staat om te antwoorden.

 

II

De balzaal van het landhuis.

Tatjana's naamdag. Onjegin ergert zich aan de plattelandsmensen die roddelen over hem en Tatjana, en aan Lensky die hem overgehaald heeft om te komen. Hij besluit om wraak te nemen door te dansen en flirten met Olga. Lensky wordt erg jaloers. Olga is ongevoelig voor haar verloofde en blijkbaar aangetrokken tot Onjegin. Er is een intermezzo, waarin een Franse buurman, Monsieur Triquet, een aantal coupletten zingt ter ere van Tatjana. Daarna wordt de ruzie intenser. Lensky zegt zijn vriendschap met Onjegin op ten overstaan van alle gasten, en daagt Onjegin uit tot een duel. Onjegin voelt zich gedwongen, met veel twijfels, te aanvaarden.

 

‘s Ochtends bij de rivier

Lensky wacht op Onjegin, en zingt van zijn onzekere lot en zijn liefde voor Olga. Onjegin arriveert. Beiden willen eigenlijk niet duelleren, maar zijn niet bij machte om het te stoppen. Onjegin schiet Lensky dood.

 

III

Op een bal in het huis van een rijke edelman in Sint-Petersburg

Enkele jaren later. Onjegin reflecteert over de leegte van zijn leven en zijn wroeging over de dood van Lensky. Prins Gremin komt met zijn vrouw, Tatjana, nu getransformeerd tot een voorname aristocratische schoonheid. Gremin zingt van zijn grote geluk met Tatjana, en stelt Onjegin aan haar voor. Onjegin is diep onder de indruk van Tatjana, en wordt overvallen door een wanhopig verlangen om haar liefde te herwinnen.

 

Ontvangstkamer in het huis van Prins Gremin

Tatjana heeft een brief ontvangen van Onjegin. Onjegin komt binnen en smeekt om haar liefde en haar medelijden. Tatjana vraagt zich af waarom hij nu aangetrokken is tot haar. Is het vanwege haar maatschappelijke positie? Onjegin bezweert haar dat zijn passie echt is en absoluut. Tatjana, tot tranen geroerd, denkt terug aan hoe dicht ze ooit waren bij het geluk, maar toch vraagt ze hem om te vertrekken. Ze geeft toe dat ze nog steeds van hem houdt, maar dat zij nooit samen kunnen zijn, aangezien ze nu getrouwd is. Ondanks haar onvrede over haar huwelijk en het gebrek aan passie voor haar man zal ze trouw blijven aan hem. Onjegin smeekt haar, maar ze laat hem uiteindelijk alleen in zijn wanhoop.

  • © Forster

Credits

muziek Pjotr Iljitsj Tsjaikovski libretto Konstantin Sjilovski, Pjotr Iljitsj Tsjaikovski muzikale leiding Mariss Jansons regie Stefan Herheim decor Philipp Fürhofer kostuums Gesine Völlm licht Olaf Freese dramaturgie Alexander Meier-Dörzenbach choreografie André deJong cast Guy de Mey, Richard Prada, Peter Arink, Roger Smeets, Mikhail Petrenko, Bo Skovhus, Andrej Dunaev, Nina Romanova, Elena Maximova, Krassimira Stoyanova, Stefania Toczyska productie De Nederlandse Opera