Componist Rob Zuidam heeft altijd al een fascinatie voor getroubleerde vrouwfiguren gehad. In deze eerste samenwerking met Pierre Audi worden er twee opgevoerd. Suster Bertken verhaalt over het wonderlijke leven van de kluizenares Berta Jacobs, die zich inmetselde in de Utrechtse Buurkerk om zich aan God te wijden. Dit werk uit 2010 wordt nu voor het eerst geënsceneerd, in combinatie met het gloednieuwe Troparion, dat Zuidam schreef voor de alt Helena Rasker, de jonge violiste Liza Ferschtman en een klein instrumentaal ensemble. Het stuk gaat over een vrouw die haar tranen op een dode tak laat vloeien in de hoop dat God er nieuw leven in blaast. Volgens Zuidam vertelt het over ‘hoop en weemoed en het onvermogen om een brug te slaan tussen verleden en toekomst’. Programma
data
di 18 juni 2013 22:30
wo 19 juni 2013 22:30
informatie
-
Oudnederlands, Oudgrieks
-
Duur voorstelling niet bekend (inclusief pauze)
Dit double bill-programma van componist Rob Zuidam (1964) biedt twee originele muziektheaterwerken vol hoop, weemoed en devotie. Suster Bertken (2010), over het wonderlijke leven van de kluizenares Berta Jacobs, wordt voor het eerst geënsceneerd uitgevoerd. Daarnaast is er de wereldpremière van Troparion, dat Zuidam schreef voor de alt Helena Rasker, de violiste Liza Ferschtman en een klein instrumentaal ensemble. Zuidams muziek was al verschillende keren in het Holland Festival te beluisteren, maar hij werkte nog niet eerder direct samen met Pierre Audi. Die wederzijds gekoesterde wens komt nu eindelijk uit: beide werken worden door Audi geregisseerd.
Afgaande op zijn opera’s heeft Rob Zuidam een fascinatie voor onorthodoxe vrouwen. Freeze (1994) ging over Patricia Hearst, de krantenerfgenaam die gekidnapt werd en vervolgens samen met haar ontvoerders een bank beroofde; in Rage d’amours (2005) voerde hij Johanna de Waanzinnige ten tonele, die het lichaam van haar man Philips de Schone na diens dood nog jaren bij zich hield. Ook in de beide stukken in deze double bill spelen bijzondere dames de hoofdrol.
Troparion gaat over een vrouw die haar tranen op een dode tak laat vloeien, in de hoop dat God hem nieuw leven zal inblazen en er nieuwe bladeren, bloemen en vruchten aan zullen verschijnen. Ze vertelt verhalen uit de middeleeuwse Legenda aurea en uit kronieken van Byzantijnse heiligenlevens, waarin dode takken op wonderbaarlijke wijze opnieuw tot leven komen en hele streken voorzien worden van het meest copieuze fruit. Het is, aldus Zuidam, “een verhaal over hoop en weemoed, over gevangen zitten in het heden, en het onvermogen om een brug te kunnen slaan tussen het verleden en de toekomst.” Zuidam heeft Troparion geschreven op de stem van alt Helena Rasker, en met violiste Liza Ferschtman in gedachten, die een prominente rol speelt in het instrumentale ensemble. De partituur biedt de mogelijkheid om het ensemble in de regie te betrekken.
Suster Bertken (2010), een eenakter in zeven delen, is gebaseerd op het historische verhaal van de kluizenares Berta Jacobs (ca. 1426-1514), die zich rond haar dertigste liet inmetselen in een nis van de Utrechtse Buurkerk. Haar ‘kluis’ had twee vensters: één naar binnen, om de mis te volgen, en één naar buiten, om leeftocht in ontvangst te nemen en passanten van goede raad te voorzien. Op die luttele vierkante meters bereikte Suster Bertken de gezegende leeftijd van 87 jaar. Behalve met bidden hield zij zich bezig met schrijven, wat ongebruikelijk was voor een vrouw. Dat haar werk populair was blijkt uit de verschillende herdrukken, en Zuidam heeft uit haar geschriften geput om het libretto samen te stellen.
De opera heeft slechts twee personages: Bertken zelf en prior Dirck van Malsen, die in het derde deel de requiemmis voor haar opdraagt, zoals gebruikelijk was bij een inkluizing – vanaf dat moment was zij immers dood voor de wereld. Vanaf het vijfde deel gebruikt Zuidam de tekst van Bertkens Kersttractaet, over de geboorte van Jezus vanuit het perspectief van Maria, waarin in steeds extatischere bewoordingen een proces van vereenzelviging op gang komt. Zozeer dat in het zesde deel het gevoel je bekruipt, aldus Zuidam, “dat het toch eerder Suster Bertkens borsten zijn waaraan de Heiland zich laaft.” De geboorte van Jezus valt samen met het overlijden van Suster Bertken; in de gedaante van twee jongenssopranen zingt Hij Zijn moeder toe in een voorafschaduwing van Zijn eigen kruisdood.
Net als bij de concertante première in de ZaterdagMatinee wordt Suster Bertken uitgevoerd door Asko|Schönberg onder leiding van Reinbert de Leeuw met in de hoofdrollen sopraan Katrien Baerts en bariton Hubert Claessens.