Ga naar de hoofdcontent

Ze zijn jong, talentvol en opgeleid in het klassieke ballet. Het Nationale Ballet nodigde vier jonge choreografen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan uit voor een programma vol adrenaline. Transatlantic bestaat uit vier choreografieën, waaronder twee wereldpremières: van de Nederlander Ernst Meisner en de Brit George Williamson. Ook te zien is het met lof overladen Overture van David Dawson. En uit New York komt Justin Peck met zijn hit Year of the Rabbit, een ode aan de verbeeldingskracht, op muziek van singer-songwriter Sufjan Stevens. Zie een nieuwe generatie choreografen aan het werk.

Ze wonen in New York, Londen, Berlijn en Amsterdam, maar delen eenzelfde passie: vertrekkend vanuit de klassieke techniek leiden ze het ballet nieuwe, ongekende richtingen op. In Transatlantic brengt Het Nationale Ballet vier jonge ‘rebellen van de dans’ van beide kanten van de Atlantische Oceaan samen: Justin Peck, George Williamson, David Dawson en Ernst Meisner. Zij tonen u de state of the art van het 21e-eeuwse ballet.

Ze wonen in New York, Londen, Berlijn en Amsterdam, maar delen eenzelfde passie: vertrekkend vanuit de klassieke techniek leiden ze het ballet nieuwe, ongekende richtingen op. In Transatlantic brengt Het Nationale Ballet vier jonge ‘rebellen van de dans’ van beide kanten van de Atlantische Oceaan samen: Justin Peck, George Williamson, David Dawson en Ernst Meisner. Zij tonen u de state of the art van het 21e-eeuwse ballet.

Nieuw voor Nederland (en Europa) is Justin Peck. Maar wie de internationale danskunst volgt, kan het niet ontgaan zijn: deze rijzende ster is de nieuwe huischoreograaf van het New York City Ballet. Met zijn 27 jaar heeft hij al meer dan twintig werken gecreëerd, waarin hij het ballet ‘van een shot adrenaline voorziet’. In dit programma ziet u zijn alom geprezen Year of the Rabbit, op muziek van singer-songwriter Sufjan Stevens. De choreografie combineert puur dansplezier met een fantastisch gevoel voor structuur, schakelt op verrassende wijze tussen groeps- en solistendelen, en lijkt voor alles een ode te zijn aan de verbeeldingskracht.

The New York Times over Year of the Rabbit : ‘It was a triumph not just for Mr. Peck but also for the New York City Ballet (..) The audience responded with ovation after ovation. I’m sure I wasn’t the only person who wished the whole 30-minute dance could have been encored immediately.’ 

 

Een nóg jonger talent is de Brit George Williamson. In 2013 sleepte hij – toen 22 jaar – met zijn Firebird al een nominatie in de wacht voor een Benois de la Danse (‘Oscar van de dans’), naast medegenomineerden Hans van Manen en Christopher Wheeldon. Als associate artist van het English National Ballet laat Williamson, naast een enorme passie voor het choreografievak, al een onmiskenbaar eigen stijl zien. Dat leidde vorig jaar tot de opdracht om voor de Junior Company van Het Nationale Ballet Dawn Dances te maken, een prachtig ensemblewerk waarin hij tegelijkertijd iedere danser afzonderlijk liet schitteren. De choreografie was zo’n succes dat Williamson nu ook gevraagd is een nieuw werk voor Transatlantic te creëren. 

 

Ook het derde werk in dit programma oogstte niets dan lof bij publiek en pers: Overture van David Dawson. De choreografie, door Dawson in 2013 gecreëerd voor Het Nationale Ballet, werd genomineerd voor de Zwaan voor Meest Indrukwekkende Dansproductie. Het bruisende ballet laat achttien dansers excelleren in gratie, kracht en virtuositeit. Maar het kent ook een kwetsbare kant: in navolging van T.S. Eliots gedicht The Four Quartets – Dawsons inspiratiebron – zoomt het in op gevoelens van lijden en liefde. ‘De symbiose van beweging en beeld wordt in Overture verder vervolmaakt met de muziek,’ schreef Theaterkrant.nl. 

 

Tot slot in Transatlantic een wereldpremière van Nederlander Ernst Meisner, die in 2013 zijn dansloopbaan bij Het Nationale Ballet verruilde voor de functie van artistiek coördinator van de Junior Company. In deze positie, maar ook daarbuiten, laat Meisner zien dat hij een uitzonderlijk getalenteerd choreograaf is. Meisner, die ook jarenlang bij het Engelse Royal Ballet danste, is beïnvloed door zowel de Nederlandse als de Britse balletstijl, maar weet die achtergronden samen te laten vloeien in een geheel nieuw en verrassend eigen idioom.

Lees minder

Credits

choreografie David Dawson, Ernst Meisner, Justin Peck, George Williamson muziek Szymon Brzóska, Sufjan Stevens, e.a. muzikale begeleiding Het Balletorkest dirigent Matthew Rowe productie Het Nationale Ballet

Deze voorstelling is mede mogelijk gemaakt door