Met Goethes Stella neemt Andrea Breth, in 1999, als artistiek leider afscheid van de berlijnse Schaubuhne am Lehniner Platz, waar ze in 1991 in de voetsporen trad van illustere voorgangers als Luc Bondy, Jurgen Gosch en Peter Stein. Topacteurs Jutta Lampe, Micael Konig en Corinna Kirchhoff spelen de hoofdrollen in dit immer actuele achttiende-eeuwse liefdesdrama. Waarom laten we steeds weer onze geliefde in de steek om nieuw, onbekend geluk na te jagen?
data
di 15 juni 1999 22:15
wo 16 juni 1999 22:15
do 17 juni 1999 22:15
informatie
-
3 uur
'Wij zijn onze eigen duivel, we verdrijven onszelf uit ons paradijs', meent Johann Wolfgang van Goethe, die in zijn toneelstuk Stella - Ein Schauspiel fur Liebende enkele pijnlijke autobiografische ervaringen verwerkte. 'Die Liebe ist nicht lebbar und doch ist sie Leitstern des Lebens', aldus Goethe. In Stella heeft Fernando Sommer een relatie met twee vrouwen, met zijn echtgenote Cäcilie en met zijn minnares Stella. Fernando kan niet kiezen, hij houdt van beide vrouwen en pendelt daarom voortdurend tussen hen heen en weer. Goethe gaf de eerste versie van Stella een positief slot, maar de marriage à trois leidde tot woedende reacties bij zijn tijdgenoten en zelfs een opvoeringverbod. Op advies van Schiller bouwde Goethe zijn toneelstuk vervolgens om tot een tragedie: Cäcilies voorstel met zijn drieen verder te leven komt te laat, Fernando en Stella hebben al zelfmoord gepleegd. Voor haar afscheidsvoorstelling bij de Berlijnse Schaubühne heeft Andrea Breth niet gekozen voor actualisering of ironie. Hoewel ze Goethes oorspronkelijke slot gebruikte, is Stella geen loflied op de liefde. Breths personages zijn niet gelukkig, ze handelen uit angst. Ze zijn eenzaam en bang te worden verlaten. Maar verlaten zijn ze al, omdat Cacilie, Stella en Fernando - meesterlijk gespeeld door Jutta Lampe, Cirinna Krichhoff en Michael König - vreemden zijn voor elkaar.De Berlijnse Schaubühne am Lehniner Platz werd in 1962 opgericht om politiek en sociaal geengageerd theater op te voeren. Het gezelschap verwierf in de jaren zeventig, onder leiding van Peter Stein, faam toen het als eerste toneelgroep in Europa haar werkwijze volledig democratiseerde. De opvolgers van Stein - Luc Bondy, Jürgen Gosch en Andrea Breth - handhaafden in de jaren tachtig en negentig het hoge niveau van het gezelschap en bewaakten de huisstijl: een behoedzame benadering en psychologisch preciese uitdieping van klassieke en eigentijdse wereldliteratuur. Thomas Ostermeier en Sasha Waltz, die Andrea Breth opvolgden, moesten zorgen dat de Berlijnse Schaubuhne ook in het nieuwe millenium tot de topgezelschappen van het internationale theater blijft behoren.