Een Latijns-Amerikaans passiewerk van een Argentijnse componist met Joodse wortels. Osvaldo Golijov koos de versie van Marcus, het kortste en waarschijnlijk oudste evangelie. Golijovs Jezus is donkergekleurd en, behalve Gods zoon, vooral ook mens, met alle gevoelens van angst, onzekerheid en woede die daarbij horen. Jezus’ woorden klinken in het Spaans en in een muzikaal idioom dat iedereen begrijpt: vlotte, ritmische wijsjes die doen denken aan de Latijns-Amerikaanse populaire muziek. De muzikale bezetting bestaat voornamelijk uit zangers en percussie, aangevuld met strijkers en koperblazers. De rol van Christus wordt afwisselend vertolkt door het koor en de mannelijke en vrouwelijke solist. Kortom, een onconventionele, swingende Pasión als afsluiting van het festival, met een vijfenvijftig koppig koor uit Caracas!
data
zo 22 juni 2008 23:00
informatie
-
Duur voorstelling niet bekend (zonder pauze)
Toen Osvaldo Golijov de opdracht kreeg een passie te componeren, had hij sterk de neiging om te weigeren. Hoe zou hij, als jood, een muziekstuk over Jezus moeten componeren? Al snel veranderde Golijov echter van gedachten. Hij was immers opgegroeid in het katholieke Argentinië, en vond het tijd worden om de gaten in zijn kennis over het christendom op te gaan vullen. Hij nam het Evangelie van Marcus als uitgangspunt, daar Marcus wordt gezien als de ‘meest joodvriendelijke’ van de evangelisten.
In tegenstelling tot bekende passiecomponisten als Bach en Gubaidulina gaat Golijov in La Pasión según San Marcos niet uit van een blanke, Europese Jezus. Golijovs Jezus is donker, net als de meeste mensen in Bethlehem. Ook is hij evenzeer God als mens, met vele krachtige gevoelens als angst, onzekerheid en vooral kwaadheid. In het evangelie spreekt Jezus met een helderheid, een directheid die Golijov heeft trachten over te brengen in de Pasión. Mede om die reden bekijkt de componist het lijdensverhaal door Latijns-Amerikaanse ogen, met eigentijdse helden als Che Guevara in het achterhoofd. Ook laat hij Jezus’ woorden klinken in het Spaans, en in een muzikaal idioom dat iedereen begrijpt: vlotte, ritmische wijsjes die doen denken aan de Latijns-Amerikaanse populaire muziek. Voor de intieme momenten gebruikt Golijov Braziliaanse ballades, voor het verraad laat hij zich inspireren door de Spaanse flamenco.
De keuze voor zoveel verschillende muziekstijlen is nauwelijks een verrassing, gezien Golijovs achtergrond. Als zoon van een Russische natuurkundige en een Poolse pianodocente was het huis van zijn jeugd steeds gevuld met muziek, van klassieke kamermuziek via joodse liturgische en klezmermuziek tot aan de nieuwste tango’s van Astor Piazzolla. Ook tijdens zijn studie aan het conservatorium van Jeruzalem kon hij zich laven aan verschillende muziektradities. Alles wat hij hoort, gebruikt Golijov in zijn composities. Zo kan het zijn dat een populaire choreografische vechtsport als capoeira opduikt in een werk als La Pasión.
Een uitgesproken klassiek element is in La Pasión según San Marcos nauwelijks terug te vinden. De bezetting die voornamelijk bestaat uit zangers en percussie lijkt terug te grijpen op de Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse muziekcultuur. Er worden wel strijkers en een paar koperblazers gebruikt, maar hun rol is beperkt tot een paar specifieke signaalmomenten. De harmonieën van de koordelen zijn soms modern klassiek, maar vaker traditioneel en vriendelijk voor het gehoor. In tegenstelling tot de meeste Europese passies bestaan er in de Pasión geen vaste rollen. Zo wordt de stem van Jezus soms vertolkt door het koor, soms door de mannelijke solist en soms door de vrouwelijke. Wel klassiek is het incidentele gebruik van een ‘leidmotief’. Zo krijgt het trompetmotief, dat bij de opening van La Pasión al klinkt, bij het slot alsnog een profetische waarde, als het woord Elohi, de doodskreet van Jezus, op hetzelfde motief wordt gezongen.