Ga naar de hoofdcontent

Langzamerhand begint het besef door te dringen dat Leos Janáček (1854-1928) een plaats verdient in het pantheon der componisten. Niet alleen vanwege meesterwerken als de Sinfonietta – die opvallen door hun overrompelende melodische kracht, ritmische originaliteit en briljante instrumentatie – maar misschien wel vooral om zijn muziekdramatische werk. De tien opera’s die Janáček schreef, brachten het genre in nieuw vaarwater: dat van psychologische diepgang (met in Jenůfa het plattelandsleven ontdaan vaan idealiserende vernislagen à la Smetana en Dvorák; Janáčeks benauwende thriller schildert op hoogst dramatische wijze het verhaal van twee mannen die verlief zijn op dezelfde vrouw (de afloop is fataal). De titelrol wordt gezongen door Gwynne Geyer, een van Amerika’s toonaangevende sopranen; dirigent is Edo de Waart, de regie is van Richard Jones, bij De Nederlandse Opera de afgelopen jaren verantwoordelijk voor spectaculaire producties van Mazeppa en Der fliegende Holländer.

Credits

muziek Leoš Janáček libretto Leoš Janáček uitvoering De Nederlandse Opera, Radio Filharmonisch Orkest, Koor van De Nederlandse Opera instudering Winfried Maczewski dirigent Edo de Waart regie Richard Jones decor en kostuums Anthony McDonald belichting Thomas Webster choreografie Philippe Giraudeau dramaturgie Klaus Bertisch cast Pauline Tinsley (Stafenka Buryjovka), Philip Langridge (Laca), David Kuebler (Števa), Kathryn Harries (Kostelnička), Gwynne Geyer (Jenůfa), Robert Poulton (Stárek), Jan Alofs (Rychtár), Irene Pieters (Ruchtái'ka), Marisca Mulder (Karolka), Bernadette ter Heyne (Pastuchyňa), Janine Scheepers (Barena), Gaële Le Roi (Jano), Noris Mulabdic (Tetka)