Ga naar de hoofdcontent

De Zwitserse regisseur Christoph Marthaler (1951) kwam pas op zijn zevenendertigste bij het professionele theater, maar maakte toen ook meteen naam met omstreden ensceneringen: 'Mathematisch-muzikale fantasmagorieën tussen helderziendheid en nachtmerrie, roes en kattegejammer, visioen en delirium'.

'Als twee mensen, die elkaar net zolang in de ogen kijken totdat ze niet meer verder kunnen,' zo heeft Christoph Marthaler zijn voorstellingen ooit gekarakteriseerd. Deze wonderbaarlijke theateravonden zijn in werkelijkheid scenische vertragingen, gecompliceerde partituren met een uiterst precieze timing en ritme wier herhalingsdwang en doldraaiende bewegingen doen denken aan Pina Bausch.

Marthaler maakt geëngageerd theater dat de moderne kleinburger diep in de ziel kijkt. Zijn personages huizen meestal in asiel-achtige ruimtes, wachtzalen of kroegen, van waaruit geen ontsnappen mogelijk is; zij hangen aan tafels of liggen in bed, zij zijn vol agressie en heimwee die ze niet uiten omdat ze er innerlijk door worden gewurgd.

 

Toen Fernando Pessoa in 1935 in Lissabon stierf vond men in zijn nalatenschap een werk dat hem postuum tot een van de belangrijkste dichters van de moderne tijd maakt. Het gaat om schetsen, passages, notities op motieven uit de Faust-versies van Goethe en Marlowe. Heel zijn leven heeft Pessoa eraan gewerkt, zijn invallen neergekrabbeld op caférekeningen en boekhoudformulieren. Het Faust-fragment kan worden opgevat als een introverte, lyrische beschrijving van Pessoa's eigen leven: slapeloosheid, eenzaamheid, verlangen naar menselijk contact en de dood, door Marthaler vormgegeven in een 'wonderlijk precieze' (dagblad Taz), choreografische enscenering.

Credits

tekst Fernando Pessoa uitvoering Deutsches Schauspielhaus Hamburg regie Christoph Marthaler muziek Christoph Marthaler decor Anna Viebrock, Franziska Rast kostuums Monika Vogt cast Susana Fernandes Genebra, Monica Bleibtreu, Wilfried Hauri, Martin Horn, Ueli Jäggi, André Jung, Josef Ostendorf