Ga naar de hoofdcontent

In hun jonge jaren waren zij beroemdheden in de Kashba, de volkswijk rond de citadel van Algiers: de musici van het chaabi-orkest El Gusto. Gebroederlijk speelden en zongen joden en moslims, Afrikanen en Europeanen hun populaire liederen over liefde, verdriet, vriendschap en verraad. Tot de Algerijnse revolutie hen uit elkaar dreef. Inmiddels zijn ze een jaar of zeventig of zelfs tachtig, maar hebben ze nog altijd een grote passie voor de chaabi, aanstekelijke volksmuziek met invloeden uit Noord-Afrika, Andalusië en het Midden-Oosten. Dus werden de musici uit alle windstreken weer bij elkaar gezocht voor een historische reünie. Nog steeds bespelen ze hun instrumenten alsof ze met een prachtige vrouw dansen, en doen hun doorleefde liederen ‘honger, dorst en verdriet vergeten.’ Programmaboek

De Buena Vista Social Club, maar dan in Algiers in plaats van in Havana: zo zou men het opmerkelijke verhaal van El Gusto kunnen omschrijven. Een groep inmiddels hoogbejaarde musici die in de jaren 50 razend populair was in de Algerijnse hoofdstad werd door de onafhankelijkheidsoorlog uit elkaar gedreven. Door de inspanningen van een jonge filmmaakster zijn deze mannen voor het eerst in een halve eeuw weer bijeen – en ze musiceren alsof er geen dag is verstreken. Na wervelende optredens in onder meer Frankrijk, Marokko en Engeland staat El Gusto op zondag 2 juni in Koninklijk Theater Carré.

De muziek van El Gusto wordt chaabi genoemd, wat ‘volk’ of ‘volks’ betekent. Deze aanduiding raakte pas in de jaren 50 van de vorige eeuw in zwang, maar de wortels van deze volksmuziek liggen aan het begin van die eeuw. In de kashba van Algiers, het eeuwenoude centrum van trappen en nauwe steegjes, floreerde een traditie van zangers die religieuze liederen ten gehore brachten in de cafés waar men bijeen kwam om thee te drinken en opium te roken. Rond de eeuwwisseling ontwikkelde zich uit deze traditie een nieuwe populaire muziek. De zangers putten inspiratie uit (liefdes)poëzie in het Arabisch van de Maghreb en in het Kabylisch, een berbertaal, en ook uit de malhoun, een uit Andalusië afkomstige Marokkaans-Arabische traditie van melodische poëzie. Ook de muzikale invloeden zijn talrijk, maar de chaabi staat onmiskenbaar in de melodische traditie van het Arabisch-Andalusische cultuurgebied. De klank heeft dan ook veel gemeen met bijvoorbeeld flamenco. Omstreeks 1920 werden de begeleidingsensembles van deze cafébarden uitgebreid met verschillende soorten strijk- en tokkelinstrumenten, zodat er kleine orkesten ontstonden, zoals in de populaire aroubi-muziek. Vanaf de jaren 30 maakte de zanger El Hadj Mohammed El Anka (1907-1978) furore, die wel ‘de vader van de chaabi’ genoemd wordt. Na de Tweede Wereldoorlog leidde El Anka het eerste populaire-muziekorkest bij de Algerijnse radio en vanaf 1955 doceerde hij chaabi aan het conservatorium.

 

Het voornaamste instrument in de chaabi is de mandole, een soort grote mandoline met vier metalen snarenparen die rond 1930 ontwikkeld werd volgens ideeën van El Anka. Andere veelgebruikte instrumenten zijn de gitaar en de banjo, de ney (een fluit), de qanûn (een soort hakkebord) en de piano. Daarnaast komt de altviool veel voor, niet aan de hals bespeeld, maar verticaal, steunend op het been. Qua slagwerk gebruikt men de darbouka (een vaastrommel) en de tar (een lijsttrommel).

 

De jaren 50 waren de hoogtijdagen van de chaabi, ook voor de mannen van El Gusto. Zij waren beroemdheden in de kashba, de volkswijk van Algiers. Chaabi was muziek die verbroederde: joden en moslims, Afrikanen en Europeanen zongen gezamenlijk over liefde, verdriet, vriendschap en verraad. Tot de Algerijnse revolutie hen uit elkaar dreef. Na de onafhankelijkheid in 1962 vertrokken de meeste joden naar Frankrijk; de kashba raakte in verval en oude vrienden verloren elkaar uit het oog. De jonge Algerijnse Safinez Bousbia, wonend in Ierland, stuitte bij een bezoek aan haar geboorteland toevallig op dit verhaal. Het liet haar niet los en ze slaagde erin het onmogelijke te doen: ze bracht de versnipperde groep weer bijeen. Van dit project, dat haar acht jaar bezighield, is de ontroerende film El Gusto (2012) het resultaat: vergeten verhalen, verloren vrienden en aanstekelijke muziek die alles overleeft. De historische reünie van musici uit alle windstreken kreeg een vervolg met een reeks bejubelde optredens in binnen- en buitenland. De chaabi van El Gusto, muziek die ‘honger, dorst en verdriet doet vergeten’, laat niemand onberoerd.

  • © Ada Nieuwendijk

  • © Ada Nieuwendijk

  • © Ada Nieuwendijk

Credits

zang Robert Castel, Abdelkader Chercham, Liamine Haimoun, Abdelmadjid Meskoud, Luc Cherki, Maurice El Medioni mandoline Mohamed El Mançour Brahimi, Abdelkader Chercham, Liamine Haimoun, Abdelmadjid Meskoud banjo Mohamed Abdennour, Yazid Touhria bas Chris Jennings viool Robert Castel, Redha Tabti, Ali Saidi cello Rabah Slim luit Rachid Berkani, Amokrane Adlani mandolinegitaar Mohammed Sergoua piano Smail Ferkioui, Maurice El Medioni accordeon Mohamed Ferkioui bongo Abdelkrim Azzedine tar Arezki Khelidjeni, Abdelkrim Azzedine def Abdessadek Gaoua bendir Abdessadek Gaoua darabuka Abderrahmane Slim fluit Ali Saoudoun kanun Hamai Mabrouk gitaar El Khalil Redouane Brahim, Luc Cherki

Deze voorstelling is mede mogelijk gemaakt door