Ga naar de hoofdcontent

Na het overweldigende succes van Nya (Holland Festival 2011) keert de Frans-Algerijnse choreograaf Abou Lagraa terug met zijn nieuwste werk El Djoudour. Lagraa toont hierin zijn visie op de essentie van de islamitische cultuur, hoe de tradities, gebruiken en rituelen zijn geworteld in kernwaarden van de islam: vrijgevigheid en broederschap. Hij laat zich inspireren door oosterse rituelen rond de drie elementen zuiverheid, afkomst en spiritualiteit. Met dans onderzoekt hij wat de vrijheid is van het individuele lichaam binnen cultureel diverse samenlevingen. Veertien mannelijke en vrouwelijke performers dansen op de live uitgevoerde zang van Houria Aïchi en de subtiele arrangementen van componist Olivier Innocenti.

De Frans-Algerijnse choreograaf Abou Lagraa keert terug op het Holland Festival. In zijn nieuwe voorstelling El Djoudour gaat hij op zoek naar zijn eigen culturele wortels als Fransman en Algerijn, Europeaan en Afrikaan, danser, choreograaf en vrijzinnige moslim.

 

In 2011 maakte Lagraa tijdens het Holland Festival een grote indruk met zijn voorstelling Nya. Het was de eerste stap in een langdurig project, Pont Culturel Méditerranéen Franco-Algérien, gericht op de artistieke en culturele uitwisseling tussen Europa en Afrika. Dans is voor Lagraa een wapen om de muren tussen de verschillende bevolkingsgroepen en religies te doorbreken. Met zijn choreografieën wil hij nieuwe mogelijkheden van fysieke expressie laten zien, vooral in samenlevingen waar het lichaam nog wordt onderdrukt en weggestopt.

Dat ideaal krijgt nu met El Djoudour (de wortels) een vervolg. In deze nieuwe voorstelling onderzoekt Lagraa de vrijheid van individuele mannen- en vrouwenlichamen binnen de hedendaagse, cultureel veelzijdige samenlevingen. In deze choreografie liet Lagraa zich inspireren door de rituelen rond drie basiselementen uit de oosterse cultuur: de rituelen rond zuiverheid (het element water), afkomst (het element aarde) en spiritualiteit (het element lucht).

 

Lagraa: “Ik wil blootleggen hoe deze elementen een rol spelen in de non-verbale en sensuele communicatie tussen mannen en vrouwen. De relatie tot het lichaam van een ander, in het bijzonder tussen man en vrouw, wordt gekenmerkt door schaamte en respect voor intimiteit. In de Islamitische cultuur leidt dit vaak tot een sterke ruimtelijke verwijdering tussen mannen en vrouwen. Maar bestaat die scheiding wel? Op welke manier kunnen mannen en vrouwen in deze cultuur nog samenkomen? En welke rol speelt de lichaamstaal hierin?”

 

Het prille idee voor El Djoudour ontstond toen Lagraa nog werkte aan Nya. Tijdens het repetitieproces voelde hij zich sterk verwant aan zijn Algerijnse dansers, maar was tegelijkertijd een vreemdeling in een vreemd land. Een land dat nog steeds zucht onder de gevolgen van de burgeroorlog (1991-2001) en grote sociale uitzichtloosheid, zelfs na de Arabische Lente. Dat gevoel deed Lagraa sterk denken aan de problemen die in westerse samenlevingen ontstaan bij het interpreteren van Islamitische symboliek, en bij de verwarring van culturele en religieuze denkbeelden. Die vervreemding werkte inspirerend. In El Djoudour toont Lagraa zijn persoonlijke visie op de essentie van de Islamitische cultuur; hoe deze tradities, gebruiken en rituelen zijn geworteld in de universele waarden van vrijgevigheid en broederschap.

 

Abou Lagraa werd in 1970 in Frankrijk geboren als kind van Algerijnse ouders. Als internationaal geroemde danser en choreograaf reisde hij de wereld over. In 2008 keerde hij terug naar het vaderland van zijn ouders om zijn wortels te zoeken en een nieuwe voorstelling te maken. Met steun van het Algerijnse Ministerie van Cultuur, het Algerijnse Nationale Ballet en de Franse overheid selecteerde hij tien getalenteerde mannelijke dansers uit een groep van vierhonderd fanatieke hiphoppers en breakdancers. Zijn vrouw Nawal, tevens danser en artistiek assistent, trainde de autodidactische b-boys tot geroutineerde, professionele dansers. Nu maken zij deel uit van een nieuw ensemble voor moderne dans binnen het Algerijnse Nationale Ballet.

 

Het resultaat van dit eerste experiment was Nya (vertrouwen in het leven). Een sprankelend en spectaculair samenvloeien van hiphopbravoure, capoeira, de opzwepende Boléro van Maurice Ravel, hedendaagse dans van hoog niveau, een soundscape van stadsgeluiden, liederen uit de soefi-traditie en de onverwachte, ontwapenende kwetsbaarheid van de dansers. De stoere losheid van hun hiphopbewegingen ging op een verassende manier samen met hoogstaande moderne danstechniek, subtiele esthetiek en volledige lichaamsbeheersing. Nya won de Franse Grand Prix de la Critique voor beste choreografie van het seizoen 2011-2012 en toerde uitvoerig door Europa.

 

Een aantal performers uit de cast van Nya keert nu terug in El Djoudour. Deze nieuwe productie heeft een gemengd ensemble. Veertien mannen en vrouwen – waaronder Nawal Ait Benalla-Lagraa – bewegen samen over het podium in een intense, oprecht emotioneel geladen dans. In El Djoudour wordt live gezongen door de Algerijnse zangeres Houria Aïchi, ondersteund door de subtiele muzikale arrangementen van Olivier Innocenti. Aïchi – inmiddels woonachtig in Parijs – staat bekend als culturele ambassadeur van de Chaoui, een berbervolk uit de Aurès-regio in het Oostelijke Atlasgebergte. In haar werk combineert ze de rauwe liederen van de vrouwelijke troubadours uit haar geboortestreek met de mystieke, sacrale lofzangen uit de soefi-traditie.

 

Lagraa startte het repetitieproces in Tunis, in nauwe samenwerking met de Tunesische choreografe Syhem Belkhodjia. Het werk werd voortgezet in Frankrijk. El Djoudour ging op 16 januari in première in het Grand Théâtre de Provence in Aix-en-Provence in het kader van Marseille Provence 2013 / Capitale européenne de la culture.

  • © Christian Ganet

Credits

choreografie Abou Lagraa toneelbeeld Abou Lagraa artistieke leiding Abou Lagraa artistiek assistent Nawal Ait Benalla-Lagraa instructie Nawal Ait Benalla-Lagraa dans Marion Renoux, Nassim Feddal, Jocelyn Laurent, Oussama Kouadria, Bilel Madaci, Zoubir Yahiaoui, Bernard Wayack Pambe, Angela Vano, Tanné Uddén, Féroz Sahoulamide, Fanny Sage, Sarah Cerneaux, Nawal Ait Benalla-Lagraa, Ali Braïnis tekst Houria Aïchi zang Houria Aïchi muziek Olivier Innocenti lichtontwerp Nicolas Faucheux productie Compagnie La Baraka coproductie Grand Théâtre de Provence – Marseille Provence, Théâtre National de Chaillot, Les Gémeaux / Sceaux / Scène Nationale, Holland Festival, La Coursive / Scène nationale de La Rochelle, Le Théâtre* / Scène Nationale de Narbonne, Capitale européenne de la Culture met steun van Ministère de la Culture algérien, SPEDIDAM, Ville de Lyon, Conseil Régional Rhône-Alpes, Ministère de la Culture – la DRAC Rhône-Alpes, Fondation BNP Paribas, Ministère de la Culture français maker in residentie bij Les Gémeaux in Sceaux

Deze voorstelling is mede mogelijk gemaakt door